Wat een zware klus was dit zeg, ik ben blij dat het erop zit. Het was wel een geweldige ervaring om zo vooraan te starten. Niet dat ik me kan meten met ‘De Groten der Cyclosportiven’, hooguit even mengen. Voor ongeveer 25km lang, en da’s best leuk.
Vanaf de start direct iedereen als een gek weg, zo hard. De eerste 23km met een gemiddelde van 49,7 per uur. Een heel stuk was iets meer dan vals plat naar beneden, maar niet alles. Het was 59% dalen, 32% vlak en 14% klimmen (leuk zo’n Polar) waar op het vlakke stuk van 6km het gemiddelde op 45km p/u lag, de 52×12 was echt te weinig. En dat vanaf 7:21u ‘s ochtends. Auto’s werden bekwaam door de motards aan de zijkant gezet om ons door te laten. Het gaf echt een Tour de France gevoel, behalve dat die gasten van de Tour niet zo hard van start gaan, en ook pas meestal na 10 uur.
Ik kon met de eerste groep meekomen die al snel brak, ik zat midden in de tweede groep. Omdat ik dit aardig kan ging ik naar voren en met vier of vijf anderen hebben we de 60 man teruggebracht. Toen begon de eerste klim naar de Alpe du Grande Serre. Ik val dan direct terug omdat ik mijn eigen tempo ga rijden. Maar ik kon lang meekomen met een jongen van de ploeg van Oege Hiddema (Oege is een hele goede Nederlandse Cyclo rijder die de Marmotte al eens heeft gewonnen). Ook andere grotere teams waren aanwezig. De jongens die voor de winst gaan zijn vrij goed georganiseerd. Het verschil tussen mijn team (ik dus) en dat van hun is te vergelijken met Ajax en FC Wageningen (dat al lang niet meer bestaat). Komt in zo’n koers meteen de vraag op hoe het staat met de transfermarkt van de voetbalteams. Maar geen Fransman die je iets kan vertellen over of Van Bronckhorst en Makaay echt naar Rotterdam willen of dat iemand een goede grap heeft bedacht (blijkt achteraf allemaal te kloppen).
De eerste klim ging goed, strak tempo en lekker omhoog. Ravitaillering na 64km overgeslagen en de Col d’Ornon was ook heel goed te doen. Met weer die prachtige afdaling. Ik zat vrij vooraan want we hadden steeds een motard bij ons om iedereen duidelijk te maken dat wij toch echt voorrang kregen. Cool.
De volgende klim was die naar Villard Reculas en dan via de Alpe d’Huez door naar Col de Sarenne. Nu ging het echt beginnen. Tot aan de Alpe d’Huez ging het goed met de 39×21. Nu kende ik bijna het hele parkoer, maar niet de De Col de Sarenne. Noteer: De Col de Sarenne is een draak. Slecht wegdek en mede daardoor vreselijk zwaar. Ik ben vloekend de top gepasseerd. En toen kwam er een afdaling met nog veel slechter wegdek. Dat stond er niet bij in de folder! Pas na 8 kilometer werd het beter en voegde ik me bij een Amerikaan en twee Engelsen die er nog vrij fris bijzaten (damn). Vooral die Amerikaan reed erg mooi. Later sprak ik hem na de finish en hij is een bijna professional en wil dat heel graag worden. En ik haalde opgelucht adem toen hij aangaf dat dit voor hem ook een behoorlijk zware rit was.
Het stuk van 25km naar de laatste klim heb ik verkeerd aangepakt. Ik was de Engelstaligen inmiddels kwijt (zij mij eigenlijk) en ik zat helemaal alleen. Dat stuk nagenoeg alleen gereden. Dat was zwaar en gaf me geen kans op herstel. Vlak voor de klim haalde een groepje van 10 man mij bij. Als ik eerder even had gewacht.. Moraal van het verhaal: ff wachten.
De laatste klim ben ik doodgegaan om na de finish pas weer op te staan. Geen energie meer in de spieren. Hele stukken met 10%, pijn en afzien. Op die klim ben ik echt gewoon twee keer gestopt omdat ik niet meer kon. Eén keer dankbaar gebruik gemaakt van een drinkpost (die jongens staan er toch niet voor niks) en een kilometer of twee later een mooie parkeerplaats met wit gravel van dichtbij bekeken. De laatste twee kilometers komen echt uit je tenen, en ook alleen maar omdat je wil dat het nu eindelijk een keer ophoudt. Ik probeer vooruit te komen en mijn pedalen rond te krijgen. “Rond, rond, rond, rond..” gaat het in mijn hoofd. Het rijdt als vierkant, vierkant, nog vierkanter.
Ik was niet de enige want na de finish hadden de mensen van het Rode Kruis het druk met vragen stellen aan de fietsers of ze er nog een beetje zin in hadden, want er volgde nog een loterij. Deze klim staat weer op het program voor de tijdrit van woensdag, samen met de Alpe d’Huez (op normaal wegdek dit keer). Leuk.
Over het geheel ben ik tevreden. Zwaarder dan Morzine, beter gereden. Het is gewoon een feit dat je heel veel kilometers moet maken maken in de bergen wil je goed worden in dit soort zware cyclo’s. Ik zal vaker naar Frankrijk moeten, lijkt me geen straf. Resultaat van vandaag: een gouden brevet met een eindtijd van 7:13:53 (grens was 8:11:00), 87e in de totaalstand, 30e in mijn categorie en een gemiddelde van 25,1. Sfeerbeelden volgen nog.
Rij ik om 17:15u met de auto Bourg d’Oisans binnen om een café binnen te stappen, komt er nog een deelnemer voorbij, 20km voor de boeg inclusief de loodzware klim naar Vaujany. Zeg nou maar eens dat dit geen held is.
Statistieken:
Totaal aantal deelnemers aan de 174km: 245
Totaal aantal deelnemers aan de 174km in mijn categorie (30-39): 63
Mijn score:
Totaal: 89e vd 245
In mijn categorie: 30e vd 63
Snelste tijd: 05:44:03
Mijn tijd: 07:13:53
Laatste mijn categorie: 10:28:28
Laatste: 11:05:10
Punten in het Grand Trophée klassement:
Vaujany: 101 89 30 07h 13mn 53s 298.10
Morzine: 660 187 64 06h 44mn 59s 248.85
Nu een Pilsje.
Leave a Reply